Op 20 december is filmhistoricus Frank van der Maden overleden, een week voor zijn 68e verjaardag. De laatste 16 jaar was Frank werkzaam bij het Brabants Archief als archivaris met als taak het verwerven, beheren en toegankelijk maken van foto- en beeldmateriaal van de Brabant Collectie. Maar zijn belang als filmhistoricus overschrijdt de grenzen van de provincie waar hij in Zeelst geboren was.
Hij studeerde aan de toen nog geheten Katholieke Universiteit Nijmegen (nu Radboud Universiteit) en schreef voor zijn doctoraalscriptie sociaal economische geschiedenis over de mobiele filmexploitatie in Nederland (1895-1913) aan de hand van de ontwikkeling in Nijmegen. Daarin kwam natuurlijk ook het verhaal van C.A.P. Ivens (Kees) voor die als bevlogen ondernemer al snel het grote belang inzag van de nieuwe filmkunst en daarover publiceerde. Frank vond advertenties en artikelen van de vader van Joris Ivens en verdiepte zich ook in de jeugdfilm De wigwam uit 1912. In 1977 bestudeerde hij in het kader van deze doctoraalscriptie ook de administratie van de Jean Desmetcollectie in het Nederlands Filmmuseum (NFM). Dat was een nieuw onderzoeksveld binnen de filmwetenschappen: de boekhouding, de distributie en exploitatie van films in de vroege cinema. Een bijzonder vruchtbaar onderzoeksveld voor een nieuwe generatie filmwetenschappers, waarin Frank in Nederland een van de vooraanstaande figuren werd. Toen hij die gigantische administratie van filmpionier Desmet zag stelde Frank vast: 'Het was onvoorstelbaar: de bodem van de Franse zaal van het filmmuseum lag bedolven onder stapels papier. Het grootste gedeelte bestaat uit ongeveer 250 ordners met daarin paperassen.' Hij zag het enorme belang van deze volslagen unieke bedrijfsinformatie en ging na zijn studie in opdracht van Jan de Vaal aan de slag met het ordenen en ontsluiten van de Desmetcollectie in het filmmuseum. Begin 1985 bood hij aan om ter gelegenheid van het 75-jarig bestaan van Cinema Parisien in Amsterdam een speciaal programma te organiseren als een hommage aan Jean Desmet. In het najaar van 1985 was een overzichtstentoonstelling te zien met affiches, foto's en bedrijfscorrespondentie in het Vondelpark Paviljoen, waar het Nederlands Filmmuseum toen gehuisvest was. Dochter Jeanne Hughan-Desmet en haar dochter waren daar bij aanwezig. Frank schreef er een brochure bij. Samen met Emmy de Groot, de eerste restaurator van het NFM, zocht hij naar wegen om de oorspronkelijk gekleurde vroege zwijgende films in oude luister te herstellen en niet zoals decennia lang was geschied deze in zwart-wit te vertonen of dupliceren. Beide publiceerden in de zomer van 1986 een artikel over de kleurenrestauratie van de vroege films uit de periode 1909-1916 . Frank besloot toen om een in kleur gerestaureerde film aan te bieden aan het nog jonge filmfestival Giornate del Cinema Muto in Pordenone. De vertoning van Fior di male sloeg in als een bom bij het Italiaanse en internationale publiek. Het was het begin van de lange internationale opmars van de Desmetcollectie, die uiteindelijk in 2011 uitmondde in de registratie van de Desmetcollectie in de Werelderfgoedlijst van UNESCO.
In 1986 redigeerde hij samen met Karel Dibbets het baanbrekende overzichtsboek Geschiedenis van de Nederlandse film en bioscoop tot 1940, maar kreeg wonderlijk genoeg geen verlenging van zijn contract bij het filmmuseum, toen Hoos Blotkamp-de Roos was aangetreden als directeur.
Vervolgens zette hij zich met hart en ziel in voor de Brabantse films, die hij over de hele wereld opspeurde.
Afgelopen 9 december berichtte hij nog per mail dat hij het boek over Jan de Vaal en de historie van het filmmuseum 'in meerdere opzichten een indrukwekkend werk' vond. Hij had eerder dit jaar essentiële informatie verstrekt over de periode dat hij er werkzaam was.
Ooit opperde hij - hij woonde toen nog in Nijmegen- om het plein bij Terminus onder aan de Lange Hezelstraat naar Joris Ivens te vernoemen. Ik heb me daar toen sterk voor gemaakt in het kader van de terugkeer van Joris Ivens naar Nijmegen en aldus geschiedde. Bij de terugkeer van Joris Ivens naar zijn geboorteplaats in 1987 publiceerde het Nijmeegs gemeentearchief een boekwerkje van zijn hand over de diverse versies De wigwam. In 1990 verscheen op het Joris Ivensplein het grote beeld van Bas Maters.
André Stufkens